Roofvogels fotograferen: 70 Tips & Sfeervideo

Roofvogels en uilen spreken bij veel mensen tot de verbeelding. Het zijn perfecte jagers die ultiem zijn uitgerust voor de strijd.

Denk maar eens aan de behendige boomvalk die zwaluwen en libellen uit de lucht pakt. Of onze grootste roofvogel, de zeearend met een spanwijdte van ruim 2 meter. De kiekendief die over het veld zweeft. De vertrouwde buizerd die je altijd wel ergens op een paaltje ziet zitten. De mysterieuze uilen die s’ nachts over het luchtruim heersen. En tot slot de slechtvalk. Het snelste dier ter wereld. Nederland is rijk aan deze prachtige vogels. Met zo’n 13 soorten roofvogels en 6 soorten uilen (buiten de dwaalgasten). Buiten dat ze prachtig zijn, zijn roofvogels vaak erg schuw en moeilijk te benaderen. En ook in de dierentuin of tijdens een roofvogelshow is het een hele uitdaging om ze treffend in beeld te krijgen. Hieronder tips om ze mooi te fotograferen.  

Voor je verder leest raad ik je trouwens aan om Gratis het boek De 10 Bouwstenen van Betere Natuurfotografie te downloaden >>(klik op de gele tekst).

Ontdek de 10 onmisbare stappen voor krachtige & creatieve fotografie, mijn allerbeste aankoopadvies over de Creatieve Lens (betaalbaar en 100% onafhankelijk), voorkom een miskoop door aankoopadviezen, 50+ inspirerende foto’s met uitleg erbij.

Inhoud

Sfeervideo van mij…

Welke Lens voor roofvogels?

1. Het blijft een flinke uitdaging om in de buurt te komen van roofvogels. Hoewel de meeste vrij groot zijn blijven ze vaak ver weg zitten. Bij wilde roofvogels is een lens met een brandpuntafstand van minimaal 300mm wel aan te raden.
2. Bij vogels in een park of tijdens een show kun je af met een kortere brandpuntafstand. Verder is het goed om bij een zware lens een monopod en/of rijstzak te hebben voor stabiliteit en flexibiliteit. Sommige compactcamera’s hebben een heel groot zoombereik en zijn daardoor ook te gebruiken voor vogels.
3.  Als je het gevoel hebt dat je toch niet dichtbij genoeg komt met je lens kun je kiezen voor een extender. Een extender is compact en kan je brandpuntafstand tussen (vaak) 1,3 en 2 keer vergroten. Zo kun je het bereik flink opschroeven. Een extender werkt het beste op een lens met een vast brandpunt en een die lichtsterk is omdat je wel last hebt van lichtverlies. Ook is een nadeel dat een teleconverter (= extender) alleen werkt op kwalitatief hoogwaardige lenzen. Het kan ook effect hebben op de snelheid van autofocus.

Amerikaanse Zeearend komt naar beneden zetten…  2,3 meter door de lucht…

Goede voorbereiding is het halve werk

4. Zorg dat de accu’s opgeladen zijn en de geheugenkaartjes leeg. Ga goed voorbereid op pad. Kijk van te voren naar het weerbericht. Regent het neem dan een regenhoes mee, regenkleding en eventueel een vuilniszak om op te liggen. Wordt het heel koud zorg dan voor goede warme kleding. Je zit vaak lang stil. Ook is het handig om eerst op andere vogels te oefenen die makkelijker te fotograferen zijn. Zo ben je beter voorbereid als het moment daar is.

5. Ook is het handig om eerst op andere vogels te oefenen die makkelijker te fotograferen zijn. Denk bijvoorbeeld aan vogels in het park. Je kunt hier ook al oefenen op vliegende vogels en hoe dat werkt qua instellingen en timing. Zo ben je beter voorbereid als het moment daar is.

Kennis

6. Als je roofvogels in het wild wilt zien en fotograferen is kennis heel belangrijk. Koop bij voorkeur een fijne vogel(zak)gids waar veel informatie in te vinden is. Roofvogels (behalve uilen) jagen overdag en meestal op of bij een open veld of bosrand.

7. Roofvogels als sperwer en havik zijn ook veelal te zien in stadsparken en/of in tuinen. Uilen jagen meestal in de schemer en ’s nachts. De meeste roofvogels en uilen hebben een vast territorium en jachtgebied waar ze het hele jaar verblijven.

Gedrag 

8. Het gedrag van roofvogels is anders dan van andere vogels. Zo zijn ze doorgaans een stuk meer op hun hoede. Door hun scherpe blik wordt een mens snel gezien. Net als bij mensen hebben roofvogels allemaal een ander karakter. Zo zal de een zich makkelijker laten fotograferen en de ander veel wantrouwiger zijn.

9. In de winter zijn er bijvoorbeeld veel vogels die uit het noorden hier naartoe komen. Deze zijn geen mensen gewend en een stuk minder schuw. Je kunt ze meestal goed benaderen. Als je merkt dat een vogel bang is of op zijn hoede, ga er dan niet achteraan jagen maar zoek een andere vogel die meer toelaat. Geen dier wordt graag achterna gezeten of gestalkt.

Patronen

10. Roofvogels hebben net als alle dieren vaste patronen. Als je vaker in het veld bent leer je deze patronen herkennen en kun je er op inspelen. Zoals een kiekendief die iedere dag hetzelfde veldje afscant op zoek naar een prooi. Of een sperwer die vaak in het zelfde park komt jagen.

Let op sporen

11. Sporen kunnen je veel vertellen en helpen om roofvogels te vinden. Zo kun je aan braakballen (onverteerde delen van prooien die weer uitgebraakt worden) zien dat er ergens uilen zitten. Staat er een paaltje in het veld waar veel poep op zit mag je er zeker van zijn dat dit een favoriet uitkijkpunt is om te jagen en dat de vogel hier vaker zit.

Zoek het dichtbij huis

12. Meestal hoef je niet ver weg om in aanraking te komen met roofvogels. Ze kunnen zelfs een bezoek brengen aan je tuin. Als je voer ophangt voor kleine vogeltjes is dit een tafeltje-dekje voor een sperwer of havik.

13. Bij de meeste weilanden en polders kun je biddende torenvalken zien of een buizerd op een paaltje. En zo zitten ransuilen in de winter vaak samen in de boom te slapen. Soms zelfs midden in een woonwijk. In de stadsparken kun je bosuil, sperwer en havik zien.

Begin dichtbij huis en leer de vogels zo goed kennen. Het voordeel is ook dat je dichtbij huis makkelijker wat vaker kunt gaan polsen.

14. Als je vaak op een plek gaat kijken kunnen roofvogels uiteindelijk zelfs aan je (auto) wennen en je volledig accepteren in hun omgeving.

Havik, wat een vleugelpartij… Foto: Ramona Falkenreck

Beste tijd voor roofvogels

15. Roofvogels zijn relatief schuwe dieren. Het beste is om op plekken te kijken waar het rustig is. Bij voorkeur in de vroege ochtend of de avond. Dan is het licht op z’n mooist en zijn veel vogels op pad om te jagen.

Wat roofvogels (en uilen) betreft zijn eigenlijk alle seizoenen wel goed om foto’s te maken. Echter in de winter is het voedsel schaarser en zijn er meer roofvogels uit het noorden in ons land. Dit maakt dat ze minder schuw zijn en dus makkelijker te fotograferen.

Nesten

17. Voor met name torenvalken worden nogal eens nestkasten geplaatst. Dit zijn grote kasten die voor de helft open zijn. Meestal hangen ze aan een boom of aan een paal. Vooral boeren hangen vaak van deze kasten op omdat de valken de muizen bestrijden. Ook voor steenuilen en kerkuilen worden, om dezelfde redenen, regelmatig kasten opgehangen.

Ontdek je een nestkast, dan kun je aan prooiresten en poep zien of deze gebruikt wordt.

18. Wordt deze nestkast gebruikt dan weet je ook zeker dat de vogel in de buurt van de kast zal zijn en daar jaagt. Dit is een goede manier om een roofvogel te vinden. Vraag eventueel aan de boer of je op zijn erg mag posten.

19. Ook de (uitgevlogen) jongen fotograferen is een feest. Observeer een nest een tijdje zodat je weet wanneer de jongen er uit zijn. Jonge vogels zijn niet alleen erg aandoenlijk en leuk, ze zijn ook nog eens een stuk minder schuw. En misschien komt pa of ma wel een muis voeren. Mooie momenten gegarandeerd dus.

20. Je kunt ook nesten in de boom vinden van een buizerd of havik enz. Ook dan weet je dat de ouders in de buurt zullen zijn en is de kans om ze te zien groter. Wel geldt: kom nooit té dicht bij een nest! Hou altijd flinke afstand van een nest, vooral als er jongen zijn.

21. Vogels als buizerd en bosuil kunnen agressief reageren en op je hoofd pikken als je te dicht bij het nest óf de jongen in de buurt komt. Ook als je merkt dat de ouders en/of jongen in paniek raken dan betekent dat dat je te dicht bij bent. Ga dan rustig weg. Verstoor ze nooit!

Heb geduld

22. Zoals bij alle dieren is het ook bij roofvogels erg belangrijk om geduld te hebben. Als je een roofvogel in het vizier hebt kan het nog een hele tijd duren voordat er actie plaatsvindt. Ze zitten soms meer dan een uur stil. Of het kan een hele tijd duren voordat ze dichter bij komen. In plaats van telkens je Whatsapp, Insta of Tinder te gaan checken, blijf jij natuurlijk gefocust… 😉

23. Het mooiste is natuurlijk als je een jachtactie vast kunt leggen. Dit betekent vaak lang wachten. Geef niet op. Het zal wel gebeuren dat je teleurgesteld en met niks naar huis gaat. En het kan zeker een tijdje duren voordat je succes hebt. Maar het is het zeker waard om door te zetten en die geweldige foto te maken.

Pak het moment

24. Roofvogels zijn meestal erg snel. Vooral als ze een prooi pakken. Vaak is het een toevallige ontmoeting. Het gaat in een flits en voor je het weet is de actie voorbij en de vogel gevlogen. Wees niet nonchalant en zorg van tevoren dat de camera goed staat ingesteld.

25. Zorg dat je vertrouwd bent met je camera en weet hoe je deze instelt. Zorg dat je instellingen zo zijn dat je al klaar bent voor actie.  Je kan dan snel reageren en je voorkomt teleurstelling omdat de belichting niet goed was op dat ene bijzondere moment.

Vliegen of stilzitten

26. Roofvogels en uilen kun je op verschillende manieren in beeld brengen. Vliegende roofvogels zijn vaak goed te fotograferen. Denk maar aan een buizerd die boven je zweeft en een biddende torenvalk of een glijdende kiekendief.

27. Let altijd op de belichting en overbelicht de foto indien nodig om een silhouet te voorkomen als je dat niet wil (de licht is vaak veel lichter).. Vaak zitten roofvogels en uilen ook stil om te rusten of op de uitkijk voor een prooi. De echte actiefoto’s maak je vooral tijdens de jacht.

Actie

28. Voor vlieg- en actiefoto’s heb je uiteraard een snelle sluitertijd nodig. Oefen hiermee. Probeer ook eens een langzamere sluitertijd zodat je de beweging in de vleugels ziet. Dit kan bijvoorbeeld mooi bij een biddende torenvalk waarbij de staart en vleugels in beweging zijn terwijl de kop perfect stil hangt.

Weer of geen weer

29. Ook met regen kun je prachtige foto’s maken. Roofvogels zitten dan juist vaak stil op een vaste plek. Ze doen soms hun vleugels wijd om het water over zich heen te laten stromen. Dit zijn prachtige momenten.

30. Vooral het fotograferen vanuit een auto is dan een goede manier. Ook als er veel wind staat blijven ze meestal laag bij de grond of op een paaltje zitten. Bij warm weer maken roofvogels graag gebruik van de thermiek en zijn ze veel in de lucht.

Meneer heeft honger… Nominee Photocontest 2014 Category Zoo Photography. 

Wil jij ook meer uit jouw camera halen? Download gratis het boek De 10 Bouwstenen van Betere Natuurfotografie >>(klik op de gele tekst)

Roofvogels fotograferen vanuit de auto

31. Zoals gezegd zijn roofvogels vaak schuw en erg op hun hoede. De kans dat je een goede foto maakt vanuit een auto is vele malen groter.

Een auto is een goede rijdende schuilhut

Vaak zijn ze auto’s gewend. Het kan verstandig zijn om een camouflagenet aan je raam te hangen als je stil staat. Dan kan de vogel je helemaal niet meer zien.

32. Roofvogels hebben een superscherpe blik. Ze schrikken dus eerder van mensen dan van auto’s. Probeer dus niet herkend te worden als mens. Ga bij een bekende plek staan waarvan je weet dat de vogel er vaak zit. Of rij rond en kruip voorzichtig dichterbij met de auto als je een roofvogel spot.

33. Het is verstandig om niet plotseling te remmen maar de auto uit te laten rollen. Dat geeft de meeste kans dat de vogel blijft zitten. Een rijstzak is belangrijk voor stabiliteit als je vanuit een auto fotografeert. Je kunt ook met een (donker) kussentje werken zolang het stabiel is. Maak geen plotselinge bewegingen en steek je lens rustig uit het raam.

Torenvalk in flight. Foto: Ramona  Falkenreck…

Camouflage

34. Roofvogels hebben een fenomenaal zicht. Ze zien meer kleuren dan wij mensen en kunnen soms op kilometers afstand hun prooi perfect scherp onderscheiden. Dit wetende is het verstandig om je in het veld te camoufleren.

35. Zeker bij de meest schuwe roofvogels maak je anders erg weinig kans op een foto. Draag sowieso gedekte kleren die niet te fel zijn en in de omgeving passen. Daarnaast kun je onder een camouflagenet gaan zitten of een camouflagetentje gebruiken.

Kijkhutten

36. Een heel goede manier om roofvogels te zien en fotograferen is vanuit een vogelkijkhut. In een openbare hut is de kans om een roofvogel te zien al vrij groot. Maar als je echt een grote kans wilt maken is het een aanrader om een privé hut te huren.

37. Als je op Internet zoekt kom je al gauw verschillende hutten tegen waar je verschillende roofvogels en/of uilen kunt treffen. Er zijn speciale hutten die afgestemd zijn op een bepaalde soort. Soms wordt er zelfs een prooi neergelegd om de vogel te stimuleren om voor de hut te komen.

38. Vaak is er, bij een privéhut, een waterbak waar ze komen drinken of badderen. Omdat je niet zichtbaar bent voelen de roofvogels zich volledig op hun gemak en vertonen ze hun natuurlijke gedrag.Er zijn maar weinig andere kansen en mogelijkheden om zo dichtbij een wilde roofvogel te komen.

Klikken en nog eens klikken

40. De meeste momenten met roofvogels gaan in een flits. Wees dus niet te bescheiden met foto’s maken. Zet je camera op de burtst modus en maak veel beelden. Zo veel als je kan in dat ene korte moment. Des te meer kans dat die ene geweldige foto er bij zit.

41. Wacht even met klikken tot de roofvogel rustig is. Je ziet snel genoeg dat hij op zijn gemak is als hij minder alert om zich heen kijkt. Je kan ook wachten tot hij van de prooi gaat eten. Anders loop je het risico dat hij schrikt van het klikken van de camera. Tenzij je een systeemcamera hebt natuurlijk 😊

Weetjes over roofvogels…

42. Bij roofvogels en uilen is het vrouwtje altijd groter dan het mannetje.

43. Torenvalken kunnen ultraviolet licht zien en zo muizen via hun urinesporen vinden. Dat doen ze door te bidden. Bidden is op één plek stilhangen. Dit is een perfecte kans om een torenvalk in de (v)lucht te fotograferen.

44. In de winterperiode zie je vaak buizerds in de berm zitten. Dit doen ze niet voor muizen. In de winter eten ze regelmatig regenwormen. Let hierop. Het is een mooi beeld als een buizerd een worm uit de grond trekt.

45. Je kunt aan de ogen van uilen zien wanneer ze actief zijn. Gele ogen, zoals de steenuil en velduil, betekend dat de vogels dagactief zijn en in de schemering. Oranje ogen, zoals de ransuil en oehoe, wil zeggen dat de vogels voornamelijk in de schemer jagen. Donkere ogen, zoals de bosuil en de kerkuil, geeft aan dat deze vogels alleen in de nacht jagen bij complete duisternis.

46. Onze grootste roofvogel, de zeearend, broedt pas sinds een aantal jaar in ons land. Ze eten, buiten vis, vooral veel aas (dode dieren). Deze machtige roofvogels zijn behoorlijk schuw en niet makkelijk te benaderen. Ze worden ook wel “vliegende deur” genoemd vanwege hun enorme spanwijdte van meer dan 2 meter. Goede plekken om deze vogels te zien zijn de oostvaardersplassen, lepelaarsplassen, lauwersmeergebied en de biesbosch.

47. Jonge uilen verlaten het nest nog voor ze goed kunnen vliegen. Dit noemen we “takkelingen”. Ze lijken onhandig maar ze kunnen uitstekend klimmen. Met hoge piepgeluidjes blijven ze in contact met elkaar en hun ouders. Als je veel gelukt hebt kun je dit zelfs in een stadspark treffen. Een prachtige kans om foto’s te maken. Blijf wel op afstand! Anders kunnen de ouders agressief reageren.

48. In de polder en vooral boven rietvelden zweven vaak kiekendieven. Door hun langzame glijvluchten zijn ze relatief makkelijk te volgen. Let op of je een paartje kunt ontdekken of een kiekendief met jongen. Vaak wordt er dan in de vlucht een prooioverdracht gedaan. Spectaculaire vliegbeelden gegarandeerd!

“Oehoe” klink het… en dan scheert ie over de sneeuw!

Tips om buizerd, torenvalk en sperwer te fotograferen

Deze 3 roofvogels komen relatief veel voor. De buizerd en de torenvalk zijn het “makkelijkste” te fotograferen.

Buizerd fotograferen

49.Een van de bekendste en meest voorkomende roofvogels in Nederland is de buizerd. Het is een vrij grote roofvogel. Je ziet ze vaak op een paaltje zitten langs de weg of langs een open veld. Maar ook zwevend in de lucht. Vooral als het warm is maken ze graag gebruik van de thermiek en zie je er vaak meerdere zweven.

50.De buizerd is over het algemeen bruin van kleur en vaak met een witte, gevlekte borst. Maar de kleur en tekening kan sterk variëren. Zo zijn er buizerds die overwegend heel donker bruin zijn met donkere borst. Maar er zijn ook bijna geheel witte exemplaren. Er is qua kleur geen verschil tussen man, vrouw of jong.

51.De buizerd komt verspreid over Nederland voor. Favoriete plekken zijn bossen, bosranden, boerenland, weilanden en de laatste jaren ook aan de rand van de stad. Ze hebben een vast territorium en maken grote nesten van wel een meter doorsnee.

52.Buizerds krijgen meestal 2 tot 4 jongen. In het begin zijn ze pluizig en wit. De jongen vliegen na 50-60 dagen uit, maar ze blijven nog tot 8 weken bij hun ouders. Het is leuk om de interactie tussen ouders en jongen te fotograferen. Kom echter nooit te dicht bij een nest want dan kan de buizerd agressief reageren en je zelfs aanvallen!

53. Het voedsel van de buizerd bestaat vooral uit wat er voor handen is. Ze zijn niet kieskeurig en echte opportunisten. Van muizen tot grotere zoogdieren als konijnen, kikkers, vogels en kevers. In de winter “jagen” ze zelfs vaak op regenwormen. Ze zitten dan vaak op de grond.

54. Buizerds jagen vaak vanaf een paal of andere zitplaats. Dit geeft een goede kans om de buizerd te fotograferen. Ga langzaam dichterbij als je een buizerd ziet zitten. Of ga posten bij een paal waar veel poep aan zit. Dat is dan meestal een vaste zitplaats en daar keert de buizerd regelmatig terug.

55. De buizerd eet ook graag aas. Als je dus ergens een dood dier in het veld ziet liggen en er is een buizerd in de buurt dan loont het de moeite om te gaan posten. Je kan ook zelf een dood dier in het veld leggen. En dan afwachten of de buizerd dichterbij komt. Doe dit vanuit de auto of een andere vorm van camouflage.

56. Hoe schuw de buizerd is hangt echt af van het karakter van de betreffende vogel. Sommige vliegen al op als ze een auto op een paar honderd meter aan zien komen en andere blijven zitten als je vlakbij stil gaat staan. Over het algemeen zijn jonge buizerds en wintergasten minder schuw.

Torenvalk fotograferen

57.De torenvalk is een algemene roofvogel die vaak gezien wordt. Bijvoorbeeld zittend op een paal langs de weg of biddend boven het veld. Het is een relatief kleine vogel die te herkennen is aan zijn puntige vleugels en lange staart.

58.De torenvalk heeft een roodbruine bovenzijde en lichtbruine onderzijde. Het mannetje heeft een leigrijze kop en staart met een zwarte band aan het einde. Ze leven in (half) open land, weilanden, duingebieden, akkers en soms de stad.

59.Goede kans om de torenvalk te fotograferen maak je als ze op een zitplaats zitten of als ze aan het bidden zijn. Bij het bidden hangt de torenvalk stil boven het veld. De vleugels en de staart doen het werk maar de kop hangt volledig stil. Zo speurt hij naar muizen. Als hij er een ziet maakt hij een stootduik naar beneden.

60.Het dieet bestaat voornamelijk uit muizen maar soms ook insecten en kuikens van (weide)vogels. Ze nestelen meestal in een open nestkast op het land. Omdat de nestkast open is kun je de jongen makkelijk zien en fotograferen als ze eenmaal iets groter zijn.

61.De ouders jagen in de buurt van het nest en zo kun je als je geluk hebt de torenvalk met muis fotograferen. Of als de jongen gevoed worden. Als ze eenmaal uitgevlogen zijn blijven ze in de buurt van het nest en vliegen de ouders nog steeds naar ze toe met prooien. Zo kun je een nest helemaal volgen. Kom niet te dichtbij en pas op dat je de vogels niet verstoord.

Sperwer fotograferen

62.De sperwer is een vrij algemene roofvogel maar omdat hij vrij schuw is leeft hij vaak een verborgen leven. Het is een rover van bossen, maar ook stadsparken en zelfs tuinen. Omdat hij niet zo open in het veld zit als de buizerd of torenvalk valt hij vaak minder op.

63.De sperwer heeft ongeveer het formaat van een duif. Het vrouwtje is groter dan het mannetje. Het mannetje is grijs van boven met een roestbruine borst. Het vrouwtje is overwegend bruin. Beide hebben horizontale strepen. Dit noemen ze “gesperwerd”.

64. Om een sperwer van dichtbij te zien moet je veel geluk hebben. Als ze een prooi slaan, zoals een duif, blijven ze vaak zitten op een plek en kun je redelijk ongestoord foto’s maken. Soms gebeurd dit zelfs midden in de binnenstad.

Special: Fotograferen van roofvogelshows

65. Op vele plekken in het land worden roofvogelshows aangeboden door professionele valkeniers. In veel dierenparken en ook in sommige natuurparken. Soms op locatie bij een kasteel of iets dergelijks. Of deze shows diervriendelijk zijn staat al lang ter discussie. In ieder geval is het wel een goede manier om dicht bij deze prachtige dieren te komen en ze te fotograferen.

Vliegbeelden
66. Het mooiste is om roofvogels in de vlucht vast te leggen. Dat is ook gelijk een uitdaging. Gelukkig krijg je hier veel kansen voor tijdens een roofvogelshow. De valkenier laat vaak verschillende roofvogels en uilen over het publiek vliegen. De ene soort vliegt langzamer, zoals grote uilen en gieren, en de andere weer sneller. Zorg dat je op een goede plek zit en dat de zon in je rug is. Het is belangrijk bij vluchtfoto’s dat de hele vogel mooi belicht wordt door de zon. Als er veel licht is heb je ook een snellere sluitertijd. Ook met bewolkt weer kun je mooie foto’s maken, maar dan is het wat lastiger met de sluitertijd. Het zorgt wel voor mooi zacht licht.

In de praktijk
67. Bij een roofvogelshow heb je vaak genoeg aan een 200mm á 300mm lens. Voor vliegbeelden is dit prima te doen. Een lens met een groter brandpuntafstand zou zelfs nadelig kunnen zijn omdat de vogel dan nog moeilijker te volgen is in de vlucht. Zet bij voorkeur je camera op een automatische stand zoals AV (diafragmavoorkeuze). Zo kun je snel reageren. Zet je camera op continu focus zodat je automatisch blijft scherpstellen op de vogel. En gebruik “burst” modus om veel foto’s achter elkaar te maken. Zo vergroot je de kans op een geslaagde foto. Stel scherp op de vogel als hij nog stil zit en volg hem in de vlucht. Dit is een uitdaging en vereist wat oefening maar het gaat steeds makkelijker. Sta nooit op tijdens een show. Tenzij de valkenier anders aangeeft.

Let op storende elementen
68. Kijk voordat je gaat zitten of je een mooie rustige achtergrond hebt. Of in ieder geval voor een groot deel. Gelukkig werken valkeniers steeds meer met natuurlijke takken in plaats van de onnatuurlijke met kunstgras beplakte palen. De vogels zitten ook wel eens op de grond. Dat is ook een mooie kans op een natuurlijk uitziende omgeving.

Eye to eye
69. Stel scherp op de prachtige en uitzonderlijke ogen van de roofvogel. Dit geeft je een sprekende foto. Zorg bij voorkeur dat je altijd ruimte overhoudt in de richting waarin de vogel kijkt. Tijdens een show wil je geen storende elementen op de foto zoals de leren handschoen van de valkenier. Om het meeste uit dit moment te halen kun je prima aan de slag met mooie portretten. Wees creatief. Zet ook een deel van het lijf er op of zoom juist in op de ogen en snavel om mooie details te laten zien. Portretten komen het best tot hun recht met een rustige achtergrond.

Wat je na de show doet
70. Als de show is afgelopen blijft de valkenier meestal nog even staan met een of meer vogels. Dit is een mooi moment om naar hem/haar toe te gaan en te vragen of je nog wat close-up foto’s mag maken.